Verkenning van repetitief gedrag: wie past waar in de DSM-5?

Verkenning van repetitief gedrag: wie past waar in de DSM-5?

Productgroep WTA 2013-2
3,90
Gratis voor abonnees.

Omschrijving

Met de komst van de DSM-5, is de aanwezigheid van repetitief gedrag volgens minimaal twee criteria voorwaarde voor de diagnose autismespectrumstoornis (ASS). Onder clinici en ouders leven daarom zorgen dat door deze verandering, met name mensen met stoornis van Asperger of pervasieve ontwikkelingsstoornis - niet anderszins omschreven (PDD-NOS), hun diagnose zouden kunnen verliezen. Dit artikel verkent of kinderen met een stoornis van Asperger of PDD-NOS zich van kinderen met een autistische stoornis onderscheiden in de aanwezigheid van hogere en lagere orde repetitief gedrag. Vervolgens wordt geïnventariseerd in hoeverre deze twee groepen op het gebied van repetitief gedrag zouden voldoen aan de criteria van de DSM-IV-TR en DSM-5.
Methode: Dit verkennende, beschrijvende onderzoek maakt gebruik van gegevens uit 154 afnames van de Nederlandse vertaling van de Developmental, Dimensional, Diagnostic Interview (3Di; Skuse, Warrington, Bishop, Chowdhury, Lau, Mandy e.a., 2004). Items over repetitief gedrag zijn ingedeeld in hogere en lagere orde repetitief gedrag, en gekoppeld aan de DSM-IV-TR en DSM-5 criteria. Vervolgens is bepaald hoeveel procent van de groep met een stoornis van Asperger/PDD-NOS en de groep met een autistische stoornis waarschijnlijk voldoet aan de criteria betreffende repetitief gedrag.