Empathische vaardigheden van kinderen met een autismespectrumstoornis (ASS) zijn minder goed ontwikkeld, zo leert de klinische ervaring, maar ook empirische studies ondersteunen dit. Om mogelijke stagnaties in de vroege ontwikkeling te traceren zijn nog geen specifieke diagnostische instrumenten ontwikkeld. Doel van dit onderzoek is de toetsing van een leerkrachtenversie van een empathievragenlijst zoals ontwikkeld voor ouders door Rieffe, Ketelaar en Wiefferink (2010), waarbij de bruikbaarheid voor kinderen met ASS centraal staat. Hiertoe zijn beide vragenlijsten afgenomen bij normale kinderen (n = 75) en kinderen met ASS (n = 62) in de leeftijd van 1 – 6 jaar. De schalen (1) Emotionele Besmetting, (2) Aandacht (voor gevoelens van) Anderen en Prosociaal Gedrag van de empathievragenlijsten zijn redelijk tot zeer consistent en hangen zinvol met elkaar samen. Op basis van de empathielijst voor ouders én de lijst voor de groepsleiding en leerkrachten zijn kinderen met ASS duidelijk te onderscheiden van zich normaal ontwikkelende kinderen. Kinderen met ASS scoren op beide lijsten lager op Aandacht Anderen en Prosociaal Gedrag, maar niet op Emotionele Besmetting, wat impliceert dat ook jonge kinderen met ASS wel initieel geprikkeld worden door andermans emoties. Daarnaast dragen de twee schalen die differentiëren voor beide groepen kinderen bij aan de voorspelling van sociaal spel. Deze uitkomsten laten zien dat de EmQue (Empathy Questionnaire) en de EmQueT (Empathy Questionnaire - Teacher form) een zinvolle aanvulling kunnen geven in het diagnostische proces, bijvoorbeeld om behandeleffecten te meten, en in wetenschappelijk opzicht verder kunnen bijdragen tot preciseren van de oorsprong en ontwikkeling van de empathieproblemen bij ASS.
Nieuwsbrief Autisme Kennisbank
Schrijf u in voor de nieuwsbrief van Autisme Kennisbank en blijf op de hoogte!